Risicogroepen sociale eenzaamheid
Om een beter beeld te krijgen van de groepen die het vaakst sociaal eenzaam zijn, is gekeken naar de verschillende achtergrondkenmerken en indicatoren van de sociale omgeving. Bekijk de figuur waarin verschillen in sociale eenzaamheid worden weergegeven.
Onder mensen met een slechtere ervaren gezondheid, mensen met een gezondheidsbeperking, alleenwonenden en mensen die nauwelijks ongeorganiseerde sociale activiteiten ondernemen, is sociale eenzaamheid het hoogst.
De groepen die vaker sociaal eenzaam zijn (op volgorde van belangrijkheid van linksboven naar rechtsonder):
Er zijn veel overeenkomsten in de risicogroepen voor sociale eenzaamheid en het niet doen van vrijwilligerswerk.
Risicogroepen vrijwilligerswerk
Ook is gekeken naar de verschillende achtergrondkenmerken en indicatoren van de sociale omgeving in relatie tot het doen van vrijwilligerswerk. Bekijk de figuur waarin de verschillen in het doen van vrijwilligerswerk worden weergegeven.
Groepen waarin het percentage vrijwilligers laag is, zijn mensen die geen georganiseerde sociale activiteiten doen, jongvolwassenen (18-34 jaar), ouderen (75+) en mensen met een slechtere ervaren gezondheid.
De groepen die minder vaak vrijwilligerswerk doen (op volgorde van belangrijkheid van linksboven naar rechtsonder):
Overeenkomsten en verschillen
Er zijn veel overeenkomsten in de risicogroepen voor sociale eenzaamheid en het niet doen van vrijwilligerswerk. Mensen die zowel vaker sociaal eenzaam zijn als geen vrijwilligerswerk doen zijn:
- Mensen met een slechtere ervaren gezondheid en/of een beperking door hun gezondheid.
- Mensen met een lage sociaaleconomische positie (SEP).
- Mensen die weinig georganiseerde sociale activiteiten doen en/of weinig contact hebben met buren.
- Ouderen (75-plussers).
Er zijn ook enkele verschillen. Zo zijn alleenwonenden, mensen zonder betaalde baan en mannen vaker sociaal eenzaam, maar ook vaker vrijwilliger.