Jongvolwassenen en corona
In maart 2020 gaat Nederland vanwege de coronapandemie in lockdown. Coronamaatregelen grijpen in op het dagelijks leven van jongvolwassenen. Voor jongvolwassenen is contact met leeftijdsgenoten en het opdoen van nieuwe ervaringen van belang voor hun ontwikkeling.
Positieve en negatieve gevolgen De coronaperiode heeft het leven van jongvolwassenen zowel positief als negatief beïnvloed. 44% gaf aan zowel positieve als negatieve gevolgen te hebben ervaren. 7% ervaarde alleen (heel) positieve gevolgen, 43% ervaarde alleen heel (negatieve) gevolgen en 5% ervaarde geen positieve en/of negatieve gevolgen.
In de groepsinterviews bevestigden jongvolwassenen dat er door de coronaperiode meer rust kwam in hun leven. Echter misten zij een dagstructuur en sociale contacten, waardoor ze in een sleur terecht kwamen en niet lekker in hun vel zaten.
“Wat ik aan mezelf wel merkte is dat je op een gegeven moment in zo'n sleur zit ofzo. Alles zit dicht […] dan ga je laat je bed uit, je eet slecht want ja je hangt, dan pak je weer Netflix erbij, je gaat laat naar bed. Dus in zo’n sleur kwam ik. Dus ik was heel blij toen we er wel weer op uit konden, leuke dingen konden doen.”
“Het was echt wel fijn om iedereen weer te zien [na de coronaperiode], vrienden en mensen en gewoon weer de dingen doen die je normaal deed. Er zaten ook wel echt fijne momenten aan dat je gewoon lekker thuis kon blijven of af en toe langer in bed kon blijven liggen, ja dat is fijn. Maar het heeft zo lang geduurd dat het meer een negatieve invloed had dan positief.”
Ingrijpende gebeurtenissen Persoonlijke gebeurtenissen die jongvolwassenen hebben meegemaakt tijdens de coronaperiode, zoals het doormaken van corona of ziekte of overlijden van een naaste, kunnen impact hebben. Iets meer dan de helft van de jongvolwassenen heeft zo’n gebeurtenis meegemaakt. Hierbij is het zelf doormaken van een corona infectie niet meegenomen. Van de jongvolwassenen geeft 15% aan nog steeds last te hebben van gebeurtenissen die ze hebben meegemaakt in de coronaperiode; 6% heeft hierdoor een verhoogd risico op een posttraumatische stress stoornis (PTSS).
Behoefte aan steun of hulp Zes op de tien jongvolwassenen had tijdens de coronaperiode extra steun of hulp nodig. Jongvolwassenen hadden vooral hulp nodig omdat ze niet lekker in hun vel zaten (43%), begeleiding bij hun opleiding nodig hadden (21%) of om de juiste balans te vinden tussen werk/studie en privé (19%).
“Vooral tijdens de coronatijd, toen ben ik best wel wat mensen om mij heen verloren. Je merkt dan op dat moment weinig sociale steun. Mensen weten niet wat bij jou in het leven speelde.”